11 jul 2014 – Dat weet ik niet

Ik ga nog even verder waar ik vorige week gebleven was. Er is nog een antwoord, waarvan ik vind dat het te weinig gegeven wordt. Namelijk “Dat weet ik niet.” Er zijn namelijk wel eens dingen die je niet kan weten. En ergens een slag naar slaan, of een slap verhaal ophangen, daar heeft niemand wat aan. Zeg gewoon datje het niet weet. Dat komt authentiek over (waarom zou je daarover liegen?) en maakt je geloofwaardiger op de dingen die je wel te zeggen hebt.

Belangrijkste voorwaarde is dat het wel waar is, je moet niet liegen. Er zijn dingen die je gewoon hoort te weten. Voorbeeld. Als je aan de minister van Sociale Zaken vraagt hoe hoog een bijstandsuitkering voor een alleenstaande werkloze vrouw met drie kinderen is, dan hoort hij dat te weten. Maar als je aan die zelfde minister vraagt hoe diezelfde vrouw er in 1950 voor zou hebben gestaan, dan vind ik het niet onredelijk als hij dat niet weet. En in dat geval mag hij dus best zeggen “Dat weet ik niet.”

Na dat ene zinnetje moet je nog wel wat doen. In de eerste plaats: beloven dat je het antwoord gaat uitzoeken en zo snel mogelijk zal doorgeven. In de tweede plaats ga je jouw belangrijkste boodschap noemen: “Dat weet ik niet, maar wat ik wel weet is….” Zo geef je aan de luisteraar aan, dat je misschien dan dat ene feitje niet paraat hebt, maar dat je wél wat te vertellen hebt. 

Reacties zijn gesloten.